De grote stad en het peperkoekenhuisje

Net zoals in België baden we in het zonlicht en slaan we de lente over. En van een stille rustige winter bruist het plots van de bedrijvigheid. Een explosie aan energie zorgt ervoor dat we ineens op alle fronten tegelijk actief zijn: de fundamenten van het huis zijn vandaag gegoten. De biscuiterie krijgt elke dag meer vorm en opent 4 april zijn deuren. Het is echt een peperkoekenhuisje deze ‘ancien lavoir’ waar de vrouwen vroeger gezamelijk hun was kwamen doen in een groot bassin. En de eerste zaadjes zitten in de grond en je hoort overal de natuur ontwaken. Alles wriemelt en krioelt.

Op een zondagochtend trekken we naar Lyon. Op prospectie. We zoeken een goede en grote markt om onze koekjes te verkopen. We hopen dat in deze derde grootste stad van Frankrijk meer geld is zodat er meer te verdienen valt dan op de kleine marktjes in deze toch wel arme streek.

En wat een geweldige stad is Lyon! Bert en ik zijn allebei reuze enthousiast en opgewonden. Wat een leven en drukte. Alles beweegt. Dat zijn we niet meer gewoon na al die maanden in de bergen. Tussen al die hippe stadsmensen wordt ik me er dan ook ineens pijnlijk van bewust dat ik rondloop met vlekken op mijn broek, een wollen vest die wit ziet van het hondenhaar, een gat in mijn trui en vettige haar. Mijn afgeleefde lederen laarzen staan in schril contrast met de vele fijne hakjes waar de Françaises parmantig op rondtrippelen. En ik denk weemoedig aan al mijn hakjes die in de schuur stof liggen te vergaren, wachtend op een moment om nog eens in hun volle glorie hersteld te worden. Ik houd me halsstarrig vast aan de idee dat dat moment er ooit nog wel eens komt. Het ontlokt telkens veel gegniffel bij de toehoorders. Ik kijk mijn ogen uit in de etalages en Bert dankt God dat het zondag is en alle winkels gesloten zijn. En ik besef dat ik helemaal uit de mode ben en krijg de enorme drang om mijn schade in te halen. En dan besef je: ‘je kan het meisje wel uit de stad weghalen maar de stad krijg je toch niet zo snel uit het meisje…’ Bijna twee jaar geleden maakt we die grote switch maar sommige dingen veranderen nooit vrees ik.

Nu goed, ik laat me dan maar gaan op de markt en koop een berg asperges (veel te veel), en bloemen (die ik evengoed hier ergens uit de grond kan schoppen) en knalrode, grote en perfect gevormde aardebeien (veel te vroeg, veel te duur, zeker niet van hier en al helemaal niet biologisch) maar hey, de boog kan niet altijd gespannen staan he?!

En we drinken koffie op een terrasje aan het water en vallen achterover van de prijzen: 3 euro voor ne koffie?!!! Och ja, we zijn in ‘dé grote stad’ en daar rolt er geld en dat is maar goed ook want wij gaan daar koekjes verkopen tot ze iedereens oren uit komen.

Gust blijkt een ware holbewoner. Un petit sauvage. Denkt dat er maar één stad bestaat, namelijk de ‘oma stad’ dus hij is door het dolle heen. We krijgen hem maar niet uitgelegd dat oma zo’n 800km verder woont, in een andere stad. En hij wijst en gilt als hij mensen met een hoofddoek ziet: ‘Kijk mama een spook’ en verstopt zich achter mijn benen. En Gust gaat het liefste naar school met zijn grote zwem bril op. Hij vind dat ongelooflijk ‘cool’. Dus als we een skiwinkel passeren kan zijn geluk niet meer stuk: zo’n coole grote brillen en flashy schoenen. He loves it!

En het is een blits bezoekje maar we komen zeker nog terug. En ook wel eens zonder de kinderen want zij vinden zo’n stadsbezoek echt niet leuk. En als je kinderen zo martelt dan krijg je hele fijne reacties:

Gust stampvoeten en met gebalde vuistjes: ‘Ik ben niet jouw dikke vriend!’

Jules: ‘Jij bent geen mama want geen enkele mama zou haar kindjes zoiets aandoen’ en dan volgt er een ellelange opsomming van wat ik allemaal fout doe en wat voor een verschrikkelijke moeder ik wel niet ben.

Fons, huilend: ‘Dit is de saaiste en verschrikkelijkste dag van mijn leven!’

Maar gelukkig is er Brando, onze adoptiehond vernoemd door zijn Bulgaarse reddende engelen, naar Marlon Brando. ‘Omdat hij dezelfde blik heeft als Marlon Brando’. Ge vraagt u dan af over welke Marlon Brando ze het hebben maar soit. Hij is de liefste en rustigste hond ooit. Dikke vriendjes met Jacky, de poezen en de kinderen. Altijd blij om jou te zien en op zoek naar een knuffel. Toch iemand die je geen monster vindt…

7 replies on “ De grote stad en het peperkoekenhuisje ”
  1. Jullie hebben het pas geëffend. Wij gaan in mei een weekje naar Lyon. Misschien vinden we jullie daar bij een leuk koekjeskraam? Op welke markt?

    Veel succes met koekjes en huis.

    1. Och wat zou dat geweldig zijn om jullie in Lyon te zien! Wij hopen op de markt te staan op de Quai Saint- Antoine telkens op zondag. Aan de oevers van Le Saône. Aan de andere oever is op datzelfde moment de marché des createurs en artisans. Echt een prachtige plek. Heel Parijs. Nu maar duimen dat we daar binnengeraken…

  2. that’s my girl!! 🙂
    Volgende keer naar Lyon mét hakken.
    En dan maar zuchten omdat een stad met zere voeten verkennen, ook maar niets is.
    Love ya

  3. Joepie! Wens jullie veel succes én met het bouwen van het huis (begin juni wil k wel met gilles komen meehelpen!) én met het peperkoekenhuisje én met marktjes allerhande! Wat fijn fijn Swaane, ik ben helemaal opgewonden in jullie plaats! xxx

  4. O Swaane, wat schrijf je mooi! En wat betreft de mode….ik woon 20 km.van Amsterdam, vind het heerlijk daar heen te gaan, maar blijf me daar een provinciaaltje voelen……

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.